Slenterend door de straten van Brussel komt de heerlijke geur van Belgische wafels uit vele winkels. Het is moeilijk om de verleiding te weerstaan als de geuren zo aanwezig zijn en de visuele mogelijkheden zo talrijk. Er is een grote verscheidenheid aan wafels, maar de Brusselse wafels en Luikse wafels zijn alomtegenwoordig vanwege hun succes.
Veel Belgen of buitenlanders verwarren deze twee wafels, maar ze zijn in veel opzichten tegenpolen: geschiedenis, receptuur, vorm, uiterlijk, smaak, bakken, proeven, wafelijzer, …
Geschiedenis en Bereiding
De luikse wafel zou in de 18e eeuw in België zijn uitgevonden door de chef van de prins van de stad Luik. Volgens de legende wenste de prins een nieuwe traktatie die “iets zoets en hartigs” zou zijn.
De Brusselse wafel is traditioneel rechthoekig. Het wordt gekenmerkt door dunne ribbels en grote gaten voor zoete toppings (fruit, ijs, chocolade, slagroom, …). Het is gemaakt met een vloeibaar beslag om een lichte en knapperige wafel te krijgen. Oorspronkelijk had de Brusselse wafel 20 gaten (4×5 opdruk).
In tegenstelling tot de Brusselse wafel, is de Luikse wafel ovaal van vorm met onregelmatige randen en heeft traditioneel 24 gaten.
Het is gemaakt van parelsuiker (een Belgisch ingrediënt) dat karamelliseert en de wafel krokant maakt. Gemaakt van een hard beslag, de wafel is dik en zacht.
De Brusselse wafel is licht, luchtig en zeer knapperig en heeft een vanillesmaak. Het is smaakloos en heeft een lager suikergehalte dan de Luikse wafel.
Het is echter erg lekker als het warm wordt gegeten en met zoete ingrediënten zoals fruit, slagroom, ijs, chocolade, etc. Als je de voorkeur geeft aan de wafel, kun je deze bestrooien met poedersuiker. De wafel kan ook worden belegd met hartige toppings zoals zalm, dille, ham, kaas, spek, etc. als de wafel koud is, verdwijnt de knapperige textuur en maakt plaats voor een zachtere, vochtigere wafel. Het is een Belgische wafel die interessant is voor restaurants, hotels, ijssalons, tearooms, foodtrucks, wafelwinkels, …
De Luikse wafel is dik en zacht en bestaat uit vele suikerparels die tijdens het bakken karamelliseren. Karameliseren geeft de wafel een gouden kleur en een knapperige smaak. In België zijn er twee hoofdsmaken: vanille of kaneel. Er zijn ook Luikse wafels gevuld met chocoladesticks of kristalsuiker van cacao. Belgen houden echter meestal van de wafelvlakte, zonder extra vulling. Anders dan in het buitenland of in Brussel voor toeristen, is het niet ongebruikelijk dat de Brusselse wafel veel verschillende vullingen aantreft.
Deze suikerwafel kan koud, lauw of warm gedronken worden. Het is een zoet product dat makkelijk aan te bieden is om mee te nemen of te gaan zitten in allerlei etablissementen: bakkerijen, markten, winkels, restaurants, hotels, ijssalons, theesalons, foodtrucks, wafelwinkels, … Buiten De vanille (of kaneel) geur die afkomstig is van de wafelijzer trekt niet zelden lokale klanten aan.